Gaatjes

De Turkse kleermaker in ons dorp is een uitkomst. Elke twee wedstrijden kan er een honkbalbroek heen en deze week hadden we een lievelingsshirt met een raar gat. Naaien gaat de man goed af; de conversatie is altijd wat haperend. Deze week kon hij er helemaal geen wijs meer uit. Ik: ‘Kunt u dit maken, of ziet u er ook geen gat in? ‘Hij (zijn gezicht een groot vraagteken): ‘Geen gat in? Mevrouw, is wél gat in.’ Dat gaf wat consternatie bij de klant achter mij. Ik hoorde zacht gegrinnik. Ik bevestigde dat hij gelijk had. ‘Ja, inderdaad, er zit een gat in. Kunt u dat maken?’ Hij keek moeilijk, overlegde met zijn collega en kwam blij terug. ‘Ja, is goed. Wanneer nodig?’ Ik: ‘Ach, maakt niet zoveel uit. Wanneer hebt u een gaatje?’ Ik begreep helemaal niks van het geschater achter mij. Laat staan de kleermaker, die vrij nors het bonnetje aan me gaf en zei: ‘Donderdag klaar.’ Nu maar hopen dat hij er geen gaatjes bij heeft gemaakt…