Categorie archief: Geen categorie
Hardleers
De tijd voor reflectie is weer voorbij. Dus vind ik ook dat ik genezen ben. De fysiotherapeut denkt daar heel anders over. En heus, ik doe voorzichtig. Ik til niet, verschuif niks, zie met lede ogen hoe de tuin verpietert en het huis verslonst. Maar werken moet. Zo vind ik mezelf regelmatig terug: scheef, op het puntje van mijn stoel, met opgetrokken schouders en volledig doorgestresst. Voordat ik dan weer eens uitgevouwen ben in het goede model… Stom, stom, stom. Ik zou beter voor mezelf gaan zorgen. Maar ja, geen tijd voor mij…
Jong vogelgeluk
De mezen zijn uitgevlogen en ze wonen nu met z’n allen in onze eik. Ze hebben het reuze gezellig en wij dus ook. Ik geniet met een kop koffie onder de eik van het gekwetter en gefladder. De kuikens (heet dat zo?) zijn paarsgewijs op ontdekkingstocht en doen elkaar voortdurend verslag van de wereld.
Geweldig dat het nu sinds jaren eindelijk gelukt is een heel gezin voort te brengen. Er viel maar één dooie mees te betreuren. Zou ik ze deze winter herkennen als ze zich verlekkeren aan mijn eigengeregen pindaslingers?
Houd moed!
Echt, er gebeurt van alles onder die witte, glibberige winterdeken. De jonge spruiten van de voorjaarsbollen banen zich onzichtbaar, maar onstuitbaar een weg omhoog. Mijn in bloei getrokken narcissen houden dapper stand en geven alvast het goede voorbeeld. Nog maar een paar weken voordat de krokussen hun uitbundig paarse kleed uitspreiden. Dan zijn we al het ongemak weer vergeten. Heus.
Zomerarbeid
De klok is vannacht teruggegaan. Over zomerarbeid kan ik voorlopig dus alleen maar mijmeren. Maar… ik ben er weer. Ik zie er alleen een beetje anders uit. Door chemotherapie vanwege borstkanker was ik mijn haren kwijt. De streken zijn overigens gebleven. En nu ben ik grijs. Het is inmiddels voor mij al heel gewoon, maar voor het geval we elkaar op straat tegenkomen, bereid ik u maar even voor op mijn metamorfose.
Pa, ma en de mezenkindjes
Druk druk druk bij het mezennestje. Pa en ma mees vliegen af en aan met lekkere hapjes. En elke keer als ze in het gat verschijnen, horen we luid mezengeuich, elke dag iets krachtiger. Het duurt nu niet lang meer voor ze uitvliegen denk ik. Leuk als zo’n nest na al die jaren eens tot volle wasdom komt. Tot op heden vonden we steeds alleen een hoopje pluisjes en snaveltjes als het piepen verstomd was. Nu zijn de omstandigheden ideaal. Niet te warm, geen kat met belangstelling voor jong gewriemel. Nee, ik ben de enige toeschouwer. Toe maar… kom dan.
Nieuwe collega’s
Sinds kort maken Rosso (uit Lunteren) en Beauty (Nederhorst den Berg) deel uit van ons huishouden en dus ook van Zij van boven. Niks is te gek, alles is leuk, geen meubelstuk is veilig en boodschappen uitpakken is het leukste wat er is. Ze helpen ook bij het werk. Regelmatig wandelen ze over mijn toetsenbord en dat levert kittige teksten op rgaheekrooooofhian jdehwuo gfjbdkq OJIEUHRINJDJ.aflutFFE. Soms raakt er ook wat kwijt. Da’s minder, maar gezellig is het allemaal wel.
Nieuwe ronde, nieuwe kansen
Wel lekker, zo’n schone lei. Eigenlijk kon ik daar in juni al mee beginnen. Toen crashte mijn computer en bleek de externe harde schijf kapot. Daar zat ik, geen contactpersoon meer over. Dat leek heel erg, maar eigenlijk is het gevoel van opschoning een verademing.
Ook de all-in-oneprinter begaf het, of heeft het liever gezegd nooit naar behoren gedaan. Dus de fax bleef en het losse scanapparaat ook. Maar dat is nu opgelost. Een nieuw apparaat en alle oude verstofte troep mocht weg. Ruimte, heerlijk! Wat zal ik efficiënt werken in 2011.
Liggen en lopen
Ik lig met een hernia op de bank. Liggen en lopen, meer mag ik niet. Er is zelfs een zitverbod van kracht. De huisarts dacht me te helpen met verdovende middelen: één pilletje = drie glazen wijn. Die pilletjes laat ik in de kast voor noodgevallen. Ik blijf graag helder. Er ligt (nou ja bij wijze van spreken) ook nogal wat werk en om Zij van boven nou meteen op te doeken is misschien wat voorbarig. Dus aan het eind van de dag neem ik mijn pilletje in vloeibare vorm en dat hou ik vol tot bedtijd. Daar slaap ik lekker op. En tussendoor denk ik na over het leven. Ook weleens goed. Alleen die afgedwongen tijd voor reflectie staat me wat tegen.
Flexwerken
Leuk, dat flexwerken? De ene dag in Hilversum, dan weer in Heerhugowaard, Amsterdam… En om een werkplek te bekomen bel je een mevrouw in Doetinchem. Ja, je komt nog eens ergens, maar wie voelt zich nog verbonden bij zijn bedrijf, zijn collega’s? Nergens vind je iemand die zo vertrouwd is dat je ertegenaan kan mopperen, je hoogtepunten en dieptepunten kunt delen. Mij lijkt het vreselijk. Eduard is zo’n flexwerker. Vandaag is hij jarig en hij werkt in Haarlem. Geen felicitaties en waarom zou je trakteren? Kaal hoor, sociale armoe vind ik het. Gaan we hier nou met z’n allen gelukkig van worden?
Feest in de kattenhemel
Tum-tum is dood. Ik heb vijftien jaar op haar gemopperd, maar ik had met liefde nog een poosje de ongemakken voor lief genomen als ze beter had kunnen worden. Maar aan leukemie is niks te doen en na twee jaar modderen dacht ik dat ik er vrede mee zou kunnen hebben dat er een eind aan kwam. Dat is niet zo. Het gemis is enorm en ik heb groot verdriet. Nu hoop ik maar dat er een kattenhemel is waar ze met slingers en ballonnen is verwelkomd. Hier is het akelig leeg.